Author profile picture

Iedereen is tegenwoordig bewust bezig met zo duurzaam mogelijk leven, maar ook na de dood zijn er genoeg mogelijkheden om jouw ecologische voetafdruk te verkleinen. In de uitvaartbranche zijn de laatste jaren namelijk grote stappen gezet op het gebied van duurzame innovaties.

In Nederland overlijden gemiddeld 3254 mensen per week. Cremeren of begraven worden, zijn dan doorgaans de meest gekozen manieren om heen te gaan, maar beide opties zijn schadelijk voor het milieu. “Cremeren gebeurt op dit moment voornamelijk in gasgestookte ovens, dus dat geeft CO2– uitstoot”, zegt Ilse van de Voort, manager maatschappelijk verantwoord ondernemen bij uitvaartcoöperatie DELA. “En om iemand te begraven moet je eerst de grond roeren. Daarmee verstoor je de lokale ecologie. Vervolgens wordt de kist met de overledene in een graf geplaatst en dek je het af, maar de meeste mensen sterven niet gezond. Veel mensen die sterven hebben een medische achtergrond, waardoor schadelijke stoffen die gebruikt worden bij een behandeling in de bodem terecht kunnen komen.”

Mede daarom is er een nieuwe mogelijkheid in het leven geroepen: resomeren, ook wel watercrematie genoemd. Bij dit proces wordt minder energie verbruikt en er komen aanzienlijk minder schadelijke stoffen vrij. Een watercrematie is een chemisch proces bedacht door de Schotse Sandy Sullivan van Resomation Ltd. Hierbij lost het lichaam van een overledene op. In een stalen drukvat zorgt een combinatie van water en een stof met een hoge PH-waarde dat het lichaam gaat ontbinden. Hiervoor wordt meestal kaliumhydroxide gebruikt. Tijdens dit proces komen er geen directe broeikasgassen en fijnstof vrij.

Kunstheup

Vooralsnog is het resomeren van personen verboden in Nederland. Dat komt omdat er een wet bestaat waarin is vastgelegd wat wel en niet mag tijdens een uitvaart: de Wet op de Lijkbezorging. Momenteel heb je drie keuzes, namelijk: begraven, cremeren of ter beschikkingstelling aan de wetenschap. Er komt wel een herziening van de wet aan, maar dat zal niet eerder plaatsvinden dan de eerste periode van 2024. Het ziet ernaar uit dat resomeren dan ook legaal wordt in Nederland.

Volgens Van de Voort zitten er geen directe nadelen aan resomeren en is het vooral een gevoelskwestie. “Voor sommige mensen is het idee van cremeren en vuur heel eng, maar resomeren en water juist niet. Anderen denken juist hun bedenkingen bij resomeren, omdat het lichaam wordt opgelost.”

Een bijkomend voordeel van resomeren is dat implantaten gemakkelijk mee het vat in kunnen. “Een pacemaker kan niet in een gasoven, want het is een elektrisch apparaat. Bij resomeren kan dat wel. Een bijkomend voordeel is daarnaast dat een kunstheup niet slijt bij het resomeren en er haast chirurgisch perfect weer uitkomt. Als je dan een paar schroefjes losdraait kun je die heup gewoon weer opnieuw gebruiken. In principe is dat niet veel anders dan een donororgaan.”

Ethisch

Na de watercrematie blijven er twee dingen over: een waterachtige, steriele vloeistof en de botten van de overledene. De vloeistof kan worden gezuiverd, waarna het kan terugkeren in de watercyclus.

“Je moet je afvragen of je dat ethisch gezien wel wil,” zegt Van de Voort. “Als je iemand cremeert is er aan het eind van de crematie as over. Als branche doen we heel erg ons best dat de as volledig bij de nabestaanden terecht komt. Daar gaan we heel ver in. Het voelt een beetje tegenstrijdig als je dan bij resomeren een deel van het restproduct weggooit.” De botten worden wel bewaard. Deze worden gedroogd en vermalen tot poeder. De nabestaande kunnen deze poeder vervolgens mee naar huis nemen. Net als de as na een crematie.

Duurzame alternatieven

Voor wie deze nieuwe vorm niet aanspreekt, zijn er ook genoeg andere duurzamere alternatieven om de milieudruk bij een crematie of begrafenis te verkleinen. Want ook op deze gebieden heeft de uitvaartbranche niet stilgezeten. Zo zijn er al meerdere duurzame grafkisten op de markt gebracht. Bij de meeste standaardkisten worden materialen gebruikt die schadelijk zijn voor het milieu en hout van bomen die een lange tijd nodig hebben om te groeien. Er worden ook veel plastics, metalen en lijmen in verwerkt die moeilijk afbreekbaar en soms zelfs giftig zijn voor de natuur. Verschillende bedrijven zetten zich daarom in om duurzame doodskisten als alternatief aan te bieden.

Een van de bedrijven die inspringt op de steeds groeiende vraag naar duurzame grafkisten is Onora. Zij hebben eveneens een 100 procent biologisch afbreekbare grafkist ontwikkeld. Deze kist is gemaakt van bioplastic. Dit is een soort kunststof, maar dan gemaakt van natuurlijke producten, zoals zetmeel, aardappelen of mais. Hierdoor is de milieu-impact ten opzichte van standaard kisten gehalveerd. Deze kist is ook geschikt voor een duurzame crematie. Bij de verbranding komen tot wel 75 procent minder schadelijke gassen vrij.

Afbreekbare, levende grafkist

Een ander bedrijf dat een duurzame grafkist heeft ontwikkeld is het Delftse LOOP met hun zogeheten Living Cocoon: een 100 procent biologisch afbreekbare, levende grafkist. Deze kist is sinds twee jaar op de markt en is gemaakt van mycelium, het wortelnetwerk van paddenstoelen. De doodskist is binnen 45 dagen compleet afgebroken, waarna het mycelium aan de slag gaat. Dankzij deze schimmeldraden wordt het lichaam binnen twee tot drie jaar afgebroken en komen alle voedingsstoffen uit het lichaam in de natuur terecht. Giftige stoffen, die vrij komen bij de ontbinding of zich al in de grond bevinden, worden door het mycelium geneutraliseerd. Daarmee vergroot de kist de vruchtbaarheid van de bodem. Eind augustus van dit jaar heeft DELA, de grootste uitvaartverzorger van Nederland, bekend gemaakt dat zij de paddenstoelenkist aan hun assortiment toevoegen.

Natuurbegrafenis

Steeds minder mensen kiezen voor een traditionele begraafplaats. In plaats daarvan kiezen ze voor een plekje in de natuur. Op een natuurbegraafplaats wordt het lichaam van een overledene in het desbetreffende natuurgebied begraven. De kist, kleding en andere voorwerpen zijn gemaakt van duurzame, organische materialen zodat alles uiteindelijk helemaal wordt opgenomen in de natuurlijke kringloop. In Nederland zijn er op dit moment 33 natuurbegraafplaatsen waarvan er een aantal nog in ontwikkeling zijn.

Tijdens een natuurbegrafenis wordt gebruikt gemaakt van duurzame lijkwades. Deze zijn gemaakt van hennep. Er wordt weinig water verbruikt bij het laten groeien van deze plant. Daarnaast komen er geen bestrijdingsmiddelen aan te pas. Dat maakt het een duurzame optie. Er zijn ook lijkwades van wol, die eveneens geen schadelijke stoffen bevatten.

Duurzaam crematorium

Ook op het gebied van crematie zit de uitvaartbranche niet stil. Bij de meeste crematies wordt gebruik gemaakt van een gasoven. Sinds 2019 is daar een belangrijke stap richting verduurzaming gezet. Toen is de eerste elektrische crematieoven in Nederland geplaatst. ”Daar komt helemaal geen gas meer bij kijken,” zegt Van de Voort. “Omdat het proces zo anders is, gebruikt het tot wel 80 procent minder energie dan een gasgestookte oven. En daarnaast stoot je geen CO2-uit.”

Het duurzaamste crematorium van Nederland staat in Hoentocht, Groningen. Hier werd in 2019 ook de eerste elektrische crematieoven geplaatst. Boy Faber is verantwoordelijk voor het verduurzamen van het vastgoed van DELA en was nauw betrokken bij het bouwproject.

“We hadden de ambitie om het meest duurzame crematorium van Nederland te bouwen. Dit was eigenlijk een soort test. We hebben ons gericht op duurzame materialen. We hebben massief houten bouwpanelen gebruikt. We hebben een compleet houten skelet gebouwd en daarnaast hebben we massief houten bouwpanelen gebruikt.”

Het crematorium is ook nog eens modulair gebouwd: “Alle wanden en gevels bestaan uit panelen die losgemaakt kunnen worden om ergens anders te worden gebruikt.” DELA hoopt in 2030 zijn CO2-uitstoot te hebben gehalveerd.