Author profile picture

[et_pb_section bb_built=”1″][et_pb_row][et_pb_column type=”4_4″][et_pb_text _builder_version=”3.12.2″]

“Nederland in 2050 vrij van aardgas”, zo kopten veel kranten in 2016. En tegenwoordig worden er al veel kantoren en woningen gebouwd zonder een gasaansluiting. Neem bijvoorbeeld de Brainport Industries Campus, die het volledig moet hebben van onder andere zonnepanelen en warmtepompen. Maar om het hele land van het gas af te krijgen is er natuurlijk meer nodig. Dit is waar datacenters om de hoek kunnen komen kijken. Volgens de Dutch Data Center Association (DDA) kan er met de restwarmte van de huidige hoeveelheid datacenters zo’n 1 miljoen huishoudens worden verwarmd.

Nu al worden er kantoren en woningen verwarmd met de restwarmte die overblijft bij het koelen van alle apparatuur in een datacentrum. Zo is het Eindhovense datacentrum van NLDC aangesloten op de warmtering van de High Tech Campus. Koele lucht zorgt ervoor dat de temperatuur van de servers binnen de perken blijft en warme lucht zorgt ervoor dat de andere kantoren op de High Tech Campus verwarmd worden. Volgens Henk Veldwijk, Senior Technische Consultant bij NLDC is dit gebruik van de restwarmte al ingepland bij het bouwen van het datacentrum: “De High Tech Campus had een tekort aan restwarmte en wij zochten een nieuwe locatie om een datacentrum te bouwen.” Inmiddels levert NLDC 2MW aan de warmtering op de High Tech Campus. Ter illustratie: met 1 MW kunnen zo’n achthonderd huishoudens worden verwarmd.

[/et_pb_text][et_pb_testimonial _builder_version=”3.12.2″ author=”Stijn Grove” job_title=”Directeur” company_name=”Dutch Data Center Association” quote_icon_background_color=”#f5f5f5″ text_orientation=”center” animation_style=”flip” animation_direction=”top”]

“Met de komst van nog grotere en meer datacenters, kunnen dus ook nog meer woningen duurzaam worden verwarmd, mits dat goed gepland is en de overheid ervoor zorgt dat dit gemakkelijk wordt gemaakt.”

[/et_pb_testimonial][et_pb_text _builder_version=”3.12.2″]

Alhoewel dit een mooi voorbeeld is, gaat het volgens Veldwijk in de meeste situaties niet zo gemakkelijk, omdat de politiek er nog niet goed mee omgaat: “Het kan wel drie jaar duren voordat er eindelijk een plan gemaakt is om de restwarmte te kunnen gebruiken. Dat terwijl de techniek om dit te doen al jaren aanwezig is en wij de warmte gratis weggeven.” Ook volgens Stijn Grove, directeur van de Dutch Data Center Association moet de politiek beter omgaan met datacenters: “Deze industrie zit altijd in anonieme gebouwen en wordt niet altijd goed meegenomen in plannen. Zo staan datacenters niet in omgevingsvisies, terwijl het toch al een enorm investeringsgebied is bij allerlei bedrijven.” Om dit probleem aan te pakken werkt de DDA dan ook samen met het ministerie van Binnenlandse Zaken aan een strategie om datacenters mee te nemen in gebiedsontwikkeling.

[/et_pb_text][/et_pb_column][/et_pb_row][et_pb_row][et_pb_column type=”1_2″][et_pb_text _builder_version=”3.12.2″]

De potentie van het gebruik van restwarmte is enorm, zo kunnen er volgens het vorige week verschenen rapport van de DDA nu al 1 miljoen huishoudens worden verwarmd, als ze gebruik zouden maken van restwarmte. Dat dit cijfer alleen maar kan groeien door de komst van meer datacenters is Grove sterk van overtuigd: “We zien de groei van datacenters in Nederland versnellen. Dat komt doordat we een erg goede uitgangspositie hebben. We waren er namelijk erg snel bij toen het internet opkwam. Na de Verenigde Staten was Nederland het eerste land dat aangesloten was op het ARPANET, en na Zwitserland het eerste land dat een website had. Daarnaast komen er in Nederland veel kabels uit de zee het land op en zitten we ook nog eens in het midden van het economische hart van Europa. Als iemand een locatie zoekt om Europa te bedienen, kan je het beste in Nederland bouwen, aangezien je dan een goede verbinding hebt.”

[/et_pb_text][/et_pb_column][et_pb_column type=”1_2″][et_pb_text _builder_version=”3.12.2″ border_color_all=”#b7b7b7″ animation_style=”fold” background_color=”#f5f5f5″ custom_padding_last_edited=”on|” saved_tabs=”all” custom_css_main_element=”padding:3%;”]

Burgerinitiatieven

Heb je geen zin om te wachten totdat de gemeente bezig gaat met restwarmte? Of heb je zelf het idee dat het sneller kan? Dat hadden ze in Amsterdam ook, waar bewoners van de wijk Watergraafsmeer de coöperatie MeerEnergie zijn begonnen. Het doel? De eerste gasloze buurt van Amsterdam worden, door gebruik te gaan maken van de restwarmte van een schaatsbaan en een datacenter.

Hoe werkt dat dan?

De restwarmte van het datacenter wordt in de vorm van warm water geleverd aan een netwerk van leidingen onder de grond. Via een warmtepomp wordt dit water verwarmd tot 70°C, waarmee het geschikt is om je huis te verwarmen.

[/et_pb_text][/et_pb_column][/et_pb_row][et_pb_row][et_pb_column type=”4_4″][et_pb_text _builder_version=”3.12.2″]

De afgelopen vijf jaar was de groei van Nederlandse datacenters 15%, een groei die naar verwachting van de DDA nog niet zal stoppen. De verwachting van de DDA is zelfs dat Nederland de Europese marktleider zal zijn als het gaat om datacenters, wat ook betekent dat er steeds meer restwarmte beschikbaar zal zijn. “Met de komst van nog grotere en meer datacenters, kunnen dus ook nog meer woningen duurzaam worden verwarmd, mits dat goed gepland is en de overheid ervoor zorgt dat dit gemakkelijk wordt gemaakt.”

Is restwarmte van datacenters dan het enige middel waarmee je de energietransitie kan versnellen? Natuurlijk niet, maar is het een echt antwoord op de vraag hoe we van gas afkomen? “Wij vinden van wel, want ik denk dat je hiermee echt een grote impact kan maken. Wij gaan er in elk geval lekker mee door. Wij willen partijen bij elkaar brengen en de barrières die er nog zijn weghalen”, aldus Grove.

[/et_pb_text][/et_pb_column][/et_pb_row][/et_pb_section]