(c) Pixabay
Author profile picture

We contempleren wat af rond de jaarwisseling, zeker dit jaar. Voordat we in 2022 beginnen aan onze innovatieplannen wil ik het graag hebben over de rol van handen in innovatie.

Zoals mensen het leuk vinden om op Funda te kijken terwijl ze geen huis zoeken, vind ik het leuk om vacatures te kijken terwijl ik niet per se een baan zoek. Vacatures over innovatie gaan bijna altijd gepaard met het woord ‘digitaal’. Voor mij een moment om af te haken. Ik wil creëren voor én met de stoffelijke werkelijkheid, niet met de virtuele.

We doen steeds meer met ons hoofd en steeds minder met onze handen. Ons hart fluxeert daar wat tussendoor. Hoe komt dat zo?

Het hoofd

Sinds de Verlichting is het belang van het ratio, het hoofd, steeds centraler te komen staan. Hoewel innoveren niet alleen (of alleen niet?) een rationele activiteit is, gaan we behoorlijk rationeel met innoveren om. 

Zelfs als trainer van creatief denken – wat niet bestaat, maar dat is een ander verhaal –  leer ik anderen hoe ze bewust, dus ook met het ratio, hun creativiteit kunnen aanspreken. Dat is handig, want dan kan je het inzetten wanneer het nodig is. Vandaag de dag gebruiken we het om te innoveren.

Het hart

In de Romantiek werd verzet tegen het hoofd gepleegd. Er werd gevochten voor de waarde van emotie, het hart. Maar van de enorme kracht van het hoofd kon het hart niet winnen.

Hoofd én hart

Inmiddels kunnen we met empirische wetenschap (ratio) aantonen dat ook mensen irrationele wezens zijn. We kunnen verklaren dat het logisch is om onlogisch te zijn. Geweldige paradox!

Ook in de wereld van innovatie krijg het hart weer een plek. We innoveren ten slotte met empathie. We creëren ervaringen. Die ervaringen moeten met hoofd en hart beleefd kunnen worden. Binnen de ontwerpwereld is er een stroming genaamd Design for Emotion: hoe kunnen we mensen een bepaalde emotie laten ervaren? Het neigt naar een manipulatieve vorm van innovatie.

Terwijl we zo lekker dualistisch bezig zijn met hoofd en hart, denk ik alleen maar: hoe zit dat met handen?

De ervaring in de stoffelijke werkelijkheid, letterlijk

Op vakantie in de woestijn zat onze auto vast in het zand. Lekkere toeristenfout. Met z’n allen tegen de auto duwen om ‘m los te krijgen. Trots als een pauw reden we verder. Dat hadden we mooi ‘gecheft’. Toen stootten we ons aan die steen, je weet wel, die van die ezel. Deze keer hielp duwen niet.

Ook interessant: Niet de computer, maar handwerk bracht innovatie in de animatiefilm

Een aardige Arabier vertelde dat het vaker gebeurt. Hij had ook al het gereedschap in zijn 4×4 liggen om onze Sedan uit het zand te trekken. Hoe kwamen wij daar überhaupt terecht, vroeg hij. Het viel ons eindelijk op dat er alleen maar terreinwagens reden.

Met je handen het zand weggraven voor de wielen. Duwen tegen een nét te hete auto. De wind die als een pestkop aan het stoken is. Niemand maakt mij wijs dat zo’n ervaring digitaal hetzelfde geweest zou zijn. 

De nostalgie van handen

Iedereen kent die irritante winkeljuffrouwen in de speelgoedwinkel, die je als kind vertellen: ‘kijken doe je met je ogen’. Blèh. Zoutloos. Kijken doe je misschien met je ogen, maar ervaren doe je met handen. Een nieuwe knutselset moest ik oppakken. Geen discussie mogelijk.

Op de faculteit waar ik nu werk en vroeger studeerde, zijn de werkbanken vervangen computertafels. Om te begrijpen hoe een ontwerp in de stoffelijke werkelijkheid functioneert moesten wij een afkortzaag van begin tot eind ontwerpen én maken. Dat was inclusief het ontwerpen en solderen van een elektronisch circuit. De mallen van MDF maakten we eerst op de draaibank en met de freesmachine, om die vervolgens te vacuümvormen en semiprofessioneel te spuitgieten.

Wanneer je bijna klaar was, kwam je erachter dat je het in spiegelbeeld gemaakt had. Het was een semester zwoegen van half 8 ’s ochtends tot 6 uur ’s avonds in de werkplaats. Maar dan kwam dat moment, dat je een powertool had. Dat je kon aanraken. Dat écht werkte. Dat was vet. 

2022: Creëren met handen

Het ene na het andere rapport verschijnt over het verlies van  autonomie en empathie door onze schermverslaving. We vertellen onze kinderen dat ze te veel gamen, tiktokken of weet ik veel wat doen achter een scherm: “Beleef wat in de echte wereld! Ga wat DOEN!”, zeggen we tegen ze.  

En wat doen we zelf? 

We innoveren vooral voor die virtuele wereld, terwijl we zelf ook nog eens achter een scherm zitten (zoals ik nu zelf ook). 

In 2022 graag vacatureteksten over innoveren met handen voor de stoffelijke werkelijkheid; én zonder ‘digitale’ toegevoeging aan de tekst. Dank u!  

Over deze column:

In een wekelijkse column, afwisselend geschreven door Eveline van Zeeland, Eugène Franken, Katleen Gabriels, Carina Weijma, Bernd Maier-Leppla, Willemijn Brouwer en Colinda de Beer probeert Innovation Origins te achterhalen hoe de toekomst eruit zal zien. Deze columnisten, soms aangevuld met gastbloggers, werken allemaal op hun eigen manier aan oplossingen voor de problemen van deze tijd. Hier zijn alle voorgaande afleveringen.