Author profile picture

Morgen is beter.

Screen Shot 2016-09-03 at 20.48.01In een wekelijkse column, afwisselend geschreven door Maarten Steinbuch, Carlo van de Weijer, Daan Kersten en Lucien Engelen, probeert E52 uit te vinden hoe de toekomst eruit zal zien. De vier columnisten zijn – naast hun ‘normale’ baanbrekende werk – verbonden aan SingularityU The Netherlands, de organisatie die zich richt op het verspreiden van kennis over technologieën die oplossingen voor de problemen van onze tijd kunnen leveren. Deze zondag is Lucien Engelen aan de beurt.

Door Lucien Engelen

SU Lucien Engelen

In de loop van de afgelopen maanden hebben we nogal wat oprechte verbazing over de resultaten van opiniepeilingen, referenda en verkiezingen. Veel van wat – vooral daarna – in de media wordt geanalyseerd laat zien dat we het allemaal wel al hadden kunnen voorspellen, als we tenminste wat beter geluisterd hadden.

Ontkenning is het woord dat bij me opkomt. Ontkenning van klimaatverandering. Hoewel klimaatwetenschappers vrijwel unaniem zeggen dat de opwarming van de aarde reëel is, blijven er manieren waarmee bepaalde groepen echt wetenschappelijk bewijs ondermijnen. (In 2013-2014 wezen slechts 4 van 69.406 auteurs Antropogene Global Warming af).

Ontkenning ook over BREXIT, van al die mensen in het Verenigd Koninkrijk die al jaren de meerwaarde van de Europese Unie bepleitten, en ontkenning van de invloed van “Leave” krachten in het mobiliseren van Euro-sceptische krachten via social media en andere campagnes.

Ontkenning van de voor de hand liggende onderstroom in de VS van mensen met duidelijk een andere mentaliteit en waarden dan die aan de beide kusten en in de grote steden.

Datzelfde zou gemakkelijk kunnen gebeuren met de gezondheidszorg en de geneeskunde; ik bemerk veel ‘de-andere-kant-op-kijken’, waardoor velen niet door hebben wat voor immense veranderingen momenteel plaatsvinden. Als er niets verandert kunnen we eindigen als in de film The Day After Tomorrow ‘, waar ‘s nachts het klimaat ineens volledig veranderde… net zoals Amerika op 9 november in een nieuwe wereld wakker werd.

Brexit, Trump, Klimaatontkenning… al deze gevallen illustreren de impact van het wegkijken zonder zich te realiseren wat er echt gebeurt, en dus niets aan de oorzaak te doen

Al deze gevallen illustreren de impact van het wegkijken zonder zich te realiseren wat er echt gebeurt, en dus niets aan de oorzaak te doen. En het is hier waar ik de gelijkenis zie met wat er gebeurt in de gezondheidszorg, met name in het debat over de digitale gezondheid.

Hoewel we in een hyper-verbonden wereld leven, reageert de gezondheidszorg en de geneesmiddelindustrie niet op de verwachtingen van de gebruikers (patiënten, familie en mantelzorgers) over de manier waarop zij de gezondheidszorg geregeld willen zien. Een Nederlandse e-healthstudy laat al vier jaar achtereen het verschil in perceptie zien: 75% van de patiënten verklaart echt gebruik te willen maken van digitale gezondheidszorg, maar zegt ook dat dit bijna nooit wordt aangeboden door hun arts of verpleegkundige. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg aan de andere kant verklaarden: “Patiënten vragen ons niet om digitale gezondheidszorg, dus ze zullen het wel niet willen, of ze zijn er nog niet klaar voor.”

Dat is een interessante kloof om eens wat dieper in te duiken. De termen e-health, m-health en gezondheid 2.0 maken deel uit van dezelfde ontwikkeling: het leveren van gezondheidszorg in een digitaal formaat, met andere woorden: digital health. Terwijl wij proberen de gezondheidszorg te ont-silo’en, ontstaat er in de dagelijkse praktijk een nieuwe kloof wanneer we al die ontwikkelingen als ‘anders’ en ‘nieuw’ blijven zien (inclusief de financiering en terugbetaling ervan).

Philips patch
Philips patch

Voor mij is de digitale gezondheidszorg gewoon een andere vorm van het leveren van zorg Het zal waarschijnlijk heel snel de routine-aanpak worden – we zouden het dus vooral als zodanig moeten benaderen. Verzekeringsmaatschappijen zouden over de levering van e-health door zorgleveranciers niet anders moeten onderhandelen dan hoe ze dat doen voor de reguliere gezondheidszorg. Het is de kern van ons handelen bij het REshape Center op Radboudumc: op deze manier leggen we de beoordeling over het gebruik van technologie vooral bij patiënten, familie en mantelzorg neer en kijken wij positief kritisch en wetenschappelijk mee. Samen met bedrijven als Philips werken we naar een ecosysteem om al die systemen te combineren.

Het aantal papers over digitale gezondheid neemt weliswaar toe, maar nog steeds kun je met een technologie die slechts 1 of 2 jaar oud is, niet verwachten dat er al proefschriften over geschreven zijn. Het duurt jaren voor een technologie rijp is voor stabiele gebruikspatronen, en vervolgens nog minstens twee jaar om te worden bestudeerd en gepubliceerd… en dan is de werkelijkheid al weer veranderd, zoals blijkt uit een recent – op grote schaal belachelijk gemaakt – artikel over fitness trackers in JAMA.

Dr. Eric Topol nam onlangs deel aan een Fortune brainstorm over “Doctors Offices Maybe Become a Thing of the Past“. Hier een fragment:

Een ander veelbelovend aspect van digitale gezondheidszorg (naast de betere gebruikerservaring voor patiënten, bijvoorbeeld vanwege het niet meer heen en weer hoeven pendelen naar de arts) is het aanvullen van spot-metingen met meer datapunten. Deze datapunten komen natuurlijk ook bij de patiënt thuis. Ik ben benieuwd of dit onze kennis van de mechanismen van een ziekte gaat beïnvloeden.

Soms lijkt het alsof we in de gezondheidszorg nog steeds bezig zijn om vuur te maken met stukken hout. De zorgvraag gaat verdubbelen en ik verwacht niet dat dat zal leiden tot een aanzienlijke toename van de overheidsbegroting, dus moeten we op zoek naar slimmere oplossingen. Zelfs als technologie maar voor 20% van de bevolking zou kunnen helpen, zou dat middelen kunnen vrijmaken voor degenen die behoefte hebben aan meer tijd en zorg.

Daarom wil ik de zorgaanbieders graag uitdagen om de comfortzone te verlaten en stapje voor stapje met met een open houding de nieuwe wereld binnen te treden, of tenminste één collega in je team hiervoor te benoemen. Stap op je patiënten af, op hun familie en de mantelzorgers en begin het gesprek over het gebruik van digitale hulpmiddelen.

En de patiënten zouden intussen zelf ook kunnen helpen door hun arts of verpleegkundige de volgende keer te vragen of er nog andere opties zijn dan naar de kliniek te komen. (Vergeet niet, artsen zeggen zelf dat de patiënt er niet om vraagt, dus waarom zouden ze het aanbieden?)

Laten we niet eindigen als de ontkenners van klimaatverandering en de enquêteurs en politici die blind waren voor veranderende werkelijkheid. Laten we ervoor zorgen dat we niet plotseling merken dat de gezondheidszorg ineens van buitenaf verstoord is. En laten we in plaats daarvan verstandige maatregelen nemen om zelf het tij te keren, gebruik makend van de nu al beschikbare kennis en ervaring.

Een uitgebreidere versie van dit artikel staat hier